Traduction de «zou waarborgen wat de wetgever eveneens wenste toen » (Néerlandais → Allemand) :

De wetgever kon eveneens oordelen dat het feit dat de overschrijving en de eraan verbonden tegenstelbaarheid wordt voorbehouden voor « vonnissen, authentieke akten en in rechte of voor notaris erkende onderhandse akten » (artikel 2, eerste lid, van de hypotheekwet), van die aard was, door de hoedanigheid van de auteurs van die akten, dat het de transparantie van de handel in onroerende goederen zou waarborgen, wat de wetgever eveneens wenste toen hij het verlaagde tarief invoerde.
Der Gesetzgeber konnte ebenfalls davon ausgehen, dass der Umstand, die Ubertragung und die damit verbundene Drittwirksamkeit nur « Urteilen, öffentlichen Urkunden und privatschriftlichen Urkunden, die vor dem Gericht oder dem Notar anerkannt sind », vorzubehalten (Artikel 2 Absatz 1 des Hypothekengesetzes), durch die Eigenschaft der Urheber dieser Urkunden geeignet war, die Transparenz des Immobilienhandels zu gewährleisten - was der Gesetzgeber auch mit der Einführung des ermässigten Tarifs wünschte.

6. betreurt dat veel EU-bedrijven in het buitenland nog tegen aanzienlijke belemmeringen aanlopen, ondanks het feit dat de EU haar markten voor overheidsopdrachten tot nu toe grotendeels open heeft gehouden voor internationale concurrentie; verzoekt de Commissie te waarborgen dat EU-handelsovereenkomsten instrumenten bevatten die onze ondernemingen, met name kmo's, in staat stellen om in het buitenland onder gelijke voorwaarden met buitenlandse nationale bedrijven te concurreren; eist eveneens duidelijke regelgeving voor en een gemakkelijke toegang tot informatie over aanbestedingen en gunningscriteria, en wenst dat discriminerende en ongerechtvaardigde handelsbelemmeringen op het gebied van overheidsopdrachten, diensten en investeringen (zoals fiscale discriminatie, belemmeringen van de regelgeving voor de oprichting van filialen of dochterondernemingen en beperkingen op de toegang tot financiering) worden opgeheven; verzoekt onze partnerlanden de beginselen van "open bestuur" toe te passen om transparantie te waarborgen en belangenconflicten te vermijden, en om de nodige voorzichtigheid te betrachten bij de toepassing van PPP's door niet alleen rekening te houden met kosten-batenanalyses en de levensvatbaarheid van de projecten, maar ook met de financiële en technische capaciteiten van overheidsinstanties om goed te kunnen toezien op de uitvoering van de dienst of infrastructuur in het algemeen belang van de burgers;
6. hält es für bedauerlich, dass die EU ihre Märkte für öffentliche Aufträge bislang weitestgehend für den internationalen Wettbewerb offen gehalten hat, während Unternehmen der EU im Ausland nach wie vor mit großen Hemmnissen konfrontiert sind; fordert die Kommission auf, dafür zu sorgen, dass die Handelsabkommen der EU Instrumente für die Unternehmen der EU und insbesondere für KMU umfassen, in deren Rahmen sie im Ausland den gleichen Wettbewerbsbedingungen unterliegen wie die ausländischen nationalen Unternehmen; fordert darüber hinaus eine klare Regelung in Bezug auf Ausschreibungsinformationen und Zuschlagskriterien und einen einfachen Zugang zu ihnen sowie die Aufhebung von Hemmnissen im Bereich öffentliche Aufträge, Dienstleistungen oder Investitionen (beispielsweise steuerliche Diskriminierung, regulatorische Hindernisse bei der Gründung von Niederlassungen oder Tochtergesellschaften und Beschränkungen beim Zugang zu Finanzmitteln); fordert die Partnerländer der EU auf, die Grundsätze der Öffentlichkeit der Verwaltung anzuwenden, um für Transparenz zu sorgen und Interessenkonflikte zu verhindern, und bei ÖPP Vorsicht walten zu lassen und nicht nur Kosten-Nutzen-Analysen und die Tragfähigkeit der Projekte zu berücksichtigen, sondern auch die finanziellen und technischen Kapazitäten von Behörden im Hinblick auf die Aufsicht über die Bereitstellung von Dienstleistungen oder Infrastrukturen im Einklang mit dem allgemeinen öffentlichen Interesse;

De EU heeft rekening gehouden met de bijzondere kenmerken van de markt voor antieke wapens toen zij wetgeving ontwierp om de traceerbaarheid van wapens te waarborgen door de identificatie en registratie ervan in de lidstaten van de EU. Een fundamenteel element van de wetgeving stelt oude, maar goed werkende vuurwapens die in het bezit zijn van verzamelaars en musea uitdrukkelijk vrij van het keurmerkvereiste indien deze wapens reeds van een "historisch" keurmerk zijn voorzien.
Bei der Gestaltung der Vorschriften zur Gewährleistung der Rückverfolgbarkeit von Waffen anhand ihrer Identifizierung und Registrierung in den EU-Mitgliedstaaten hat die Union den Besonderheiten des Marktes für antike Waffen Rechnung getragen.Eine wichtige Bestimmung der Vorschrift nimmt ausdrücklich voll funktionsfähige Feuerwaffen im Besitz von Sammlern und Museen von der Kennzeichnungspflicht aus, wenn die betreffenden Feuerwaffen bereits mit „historischen“ Beschusszeichen versehen sind.

23. merkt op dat een toenemend aantal ingediende verzoekschriften, vooral van burgers uit de nieuwe lidstaten, betrekking heeft op de kwestie van restitutie van eigendommen, ook al blijft dat onderwerp in wezen een zaak van nationale bevoegdheid; verzoekt de betrokken lidstaten met klem te waarborgen dat hun wetgeving betreffende eigendomsrechten als gevolg van regimeverandering volledig in overeenstemming is met de eisen van het Verdrag en de bepalingen van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens, zoals eveneens vereist door artikel 6 van het EU-Verdrag zoals gewijzigd bij het Verdrag van Lissabon; benadrukt dat verzoekschriften die over dit onderwerp worden ontvangen, geen betrekking hebben op het stelsel van eigendomsrechten maar op het recht om te beschikken over legitiem verworven eigendommen; verzoekt de Commissie bijzonder waakzaam te zijn, niet alleen ten aanzien van de betrekkingen met de huidige lidstaten maar ook in de onderhandelingen met kandidaat-lidstaten;
23. stellt fest, dass eine wachsende Zahl der eingegangenen Petitionen insbesondere von Bürgern aus den neuen Mitgliedstaaten die Rückgabe von Eigentum betreffen, obwohl dies eine im Wesentlichen in nationaler Zuständigkeit verbleibende Angelegenheit ist; fordert die betroffenen Mitgliedstaaten nachdrücklich auf, dafür zu sorgen, dass ihre Gesetze betreffend Eigentumsrechte infolge von Regimewechseln voll und ganz im Einklang mit den Anforderungen des Vertrags und den Bestimmungen der Europäischen Menschenrechtskonvention stehen, wie es auch Artikel 6 des durch den Vertrag von Lissabon geänderten EU-Vertrags fordert; unterstreicht, dass die hierzu eingegangenen Petitionen nicht das System der Eigentümerschaft betreffen, sondern das Recht auf legitim erworbenes Eigentum; fordert die Kommission in diesem Zusammenhang nachdrücklich auf, besonders wachsam nicht nur im Umgang mit den jetzigen Mitgliedstaaten, sondern auch in ihren Verhandlungen mit Beitrittsländern zu sein;

23. merkt op dat een toenemend aantal ingediende verzoekschriften, vooral van burgers uit de nieuwe lidstaten, betrekking heeft op de kwestie van restitutie van eigendommen, ook al blijft dat onderwerp in wezen een zaak van nationale bevoegdheid; verzoekt de betrokken lidstaten met klem te waarborgen dat hun wetgeving betreffende eigendomsrechten als gevolg van regimeverandering volledig in overeenstemming is met de eisen van het Verdrag en de bepalingen van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens, zoals eveneens vereist door artikel 6 van het EU-Verdrag zoals gewijzigd bij het Verdrag van Lissabon; benadrukt dat verzoekschriften die over dit onderwerp worden ontvangen, niet betrekking hebben op het stelsel van eigendomsrechten maar op het recht om te beschikken over legitiem verworven eigendommen; verzoekt de Commissie bijzonder waakzaam te zijn, niet alleen ten aanzien van de betrekkingen met de huidige lidstaten maar ook in de onderhandelingen met kandidaat-lidstaten;
23. stellt fest, dass eine wachsende Zahl der eingegangenen Petitionen insbesondere von Bürgern aus den neuen Mitgliedstaaten die Rückgabe von Eigentum betreffen, obwohl dies eine im Wesentlichen in nationaler Zuständigkeit verbleibende Angelegenheit ist; fordert die betroffenen Mitgliedstaaten nachdrücklich auf, dafür zu sorgen, dass ihre Gesetze betreffend Eigentumsrechte infolge von Regimewechseln voll und ganz im Einklang mit den Vertragserfordernissen und den Bestimmungen der Europäischen Menschenrechtskonvention stehen, was auch in Artikel 6 des durch den Vertrag von Lissabon geänderten EU-Vertrags verlangt wird; unterstreicht, dass die hierzu eingegangenen Petitionen nicht das System der Eigen­tümerschaft betreffen, sondern das Recht auf legitim erworbenes Eigentum; fordert die Kommission in diesem Zusammenhang nachdrücklich auf, besonders wachsam nicht nur im Umgang mit den jetzigen Mitgliedstaaten, sondern auch in ihren Verhandlungen mit Beitrittsländern zu sein;

beklemtoont de noodzaak van een ambitieus beleid inzake grondrechten na de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon en van een zo doeltreffend mogelijke handhaving van de in het Handvest vastgelegde grondrechten; vraagt de Commissie erop toe te zien dat elk wetgevingsvoorstel in overeenstemming is met de grondrechten, en te waarborgen dat de lidstaten het Handvest respecteren bij de tenuitvoerlegging van de EU-wetgeving; wenst dat de capaciteit voor monitoring van schendingen van het Handvest van de grondrechten en voor toepassing van de Verdragsmechanismen tegen dergelijke schendingen wordt vergroot;
unterstreicht, dass es nach dem Inkrafttreten des Vertrags von Lissabon einer ehrgeizigen Grundrechtepolitik bedarf und dass die in der Charta verankerten Grundrechte möglichst große Wirkung haben müssen; fordert die Kommission auf, die Vereinbarkeit jeder Rechtssetzungsinitiative mit den Grundrechten zu gewährleisten sowie zu garantieren, dass sich die Mitgliedstaaten bei der Umsetzung des EU-Rechts an die Charta halten; fordert, dass die Möglichkeiten zur Überwachung, Verhinderung und Sanktionierung von Verletzungen der Charta der Grundrechte gestärkt werden;

(30) Overwegende dat het in bepaalde bijzondere omstandigheden gerechtvaardigd kan zijn de toepassing van het schema geheel of gedeeltelijk op te schorten; dat dit met name het geval is wanneer enige vorm van slavernij wordt geconstateerd, bij de uitvoer van in gevangenissen vervaardigde producten, wanneer de uit- en doorvoer van verdovende middelen en het witwassen van geld onvoldoende worden gecontroleerd, wanneer de wetgeving van een begunstigd land discriminerend is ten aanzien van de Gemeenschap of indien de methoden van administratieve samenwerking; die de goede werking van het schema waarborgen, niet worden toegepast; dat dit eveneens het geval is bij niet-naleving van de uit de Uruguay-ronde voortvloeiende verplichtingen in verband met de markttoegang of van bepaalde internationale overeenkomsten betreffende de instandhouding en het beheer van de visbestanden;
(30) Unter bestimmten Umständen kann es gerechtfertigt sein, den begünstigten Ländern die Vergünstigungen des Schemas ganz oder teilweise zu entziehen. Dies gilt im Fall jeder Form von Sklaverei, der Ausfuhr von Erzeugnissen, die in Strafvollzugsanstalten hergestellt werden, unzureichender Kontrolle in bezug auf die Ausfuhr oder den Transit von Drogen sowie in bezug auf Geldwäsche, einer Diskriminierung der Gemeinschaft in den Rechtsvorschriften der begünstigten Länder oder der Nichtanwendung der Verfahren administrativer Zusammenarbeit, die das ordnungsgemäße Funktionieren des Schemas ermöglicht. Dies gilt ebenso im Fall der Nichterfuellung der im Rahmen der Uruguay-Runde eingegangenen Verpflichtungen zur Erreichung der Ziele, die für den Marktzugang vereinbart wurden, oder der Nichtbeachtung bestimmter internationaler Übereinkommen zur Erhaltung und Bewirtschaftung der Fischereiressourcen.

De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een in bijlage II staande verklaring betreffende de betrouwbaarheidsverklaring (DAS). FRAUDEBESTRIJDING : WERKPROGRAMMA VAN DE COMMISSIE VOOR 1996 - CONCLUSIES "DE RAAD - staat positief tegenover het programma voor fraudebestrijding dat door de Commissie voor 1996 is ingediend ; - herinnert aan de conclusies van de Europese Raad van Madrid van 15 en 16 december 1995 betreffende fraude en bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen, en met name aan het verzoek van de Europese Raad aan de Lid-Staten en aan de Instellingen "de nodige maatregelen te nemen om een zelfde beschermingsniveau te waarborgen in de gehele Gemeenschap en voor de gehele begroting van de Gemeenschap en van het EOF" ; - stelt vast dat het programma van de Commissie aansluit bij deze conclusies en die van de Raad (ECOFIN) van 27 november 1995 en dat eveneens rekening wordt gehouden met bepaalde opmerkingen die door de Raad over het werkprogramma 1995 zijn gemaakt ; - steunt de algemene beleidslijnen voor specifieke acties die door de Commissie zijn gepland op basis van de vier hoofdlijnen die bij de presentatie van de fraudebestrijdingsstrategie in 1994 reeds zijn genoemd, waaronder : = voor wat betreft de versterking van de aanwezigheid op het terrein en betere ondersteuning van de praktische maatregelen : verbetering van de controles in derde landen, met name in de LMOE en de landen in het Middellandse-Zeegebied ; meer preventie met betrekking tot de onregelmatigheden bij het douanevervoer ; uitbreiding, met inachtneming van de respectieve bevoegdheden van de nationale overheden, van het SCENT-netwerk voor wederzijdse bijstand tot andere sectoren dan de douane ; = voor wat betreft de versterking van het partnerschap tussen de Commissie en de Lid-Staten : de ontwikkeling van informatienetwerken, een betere exploitatie van de resultaten van de risicoanalyse, opleiding van de ambtenaren van de Lid-Staten ; bestudering, in het kader va ...
Der Rat billigte eine "Erklärung zur Zuverlässigkeitserklärung", die in der Anlage II wiedergegeben ist. BETRUGSBEKÄMPFUNG: ARBEITSPROGRAMM DER KOMMISSION FÜR 1996 - SCHLUSSFOL- GERUNGEN "DER RAT - begrüßt das von der Kommission für 1996 vorgelegte Programm zur Betrugs- bekämpfung; - verweist auf die vom Europäischen Rat am 15. und 16. Dezember 1995 in Madrid erzielten Schlußfolgerungen in bezug auf betrügerische Praktiken und den Schutz der finanziellen Interessen der Gemeinschaften und insbesondere auf dessen Ersuchen an die Mitgliedstaaten und die Organe der Union, "die erforderlichen Maßnahmen zu treffen, um einen gleichwertigen Schutz in der gesamten Gemeinschaft sowie im Rahmen des Gemeinschaftshaushalts und des EEF-Haushalts sicherzustellen"; - stellt fest, daß das Programm der Kommission sich in den Rahmen dieser Schlußfolgerungen sowie seiner eigenen Schlußfolgerungen vom 27. November 1995 einfügt und auch gewissen Bemerkungen Rechnung trägt, die er im Zusammenhang mit dem Arbeitsprogramm 1995 gemacht hat; - unterstützt die allgemeine Ausrichtung der von der Kommission geplanten spezifischen Aktionen auf die vier Schwerpunkte, die bereits bei der Vorlage der Strategie für die Betrugsbekämpfung im Jahre 1994 gesetzt wurden, im besonderen: = Verstärkung der Präsenz vor Ort und Unterstützung für die operationelle Tätigkeit: Verbesserung der Kontrollen in den Drittländern, insbesondere den MOEL und den Mittelmeerländern, wirksamere Vorbeugung gegen Unregelmäßigkeiten im Transitverkehr, Ausweitung der Amtshilfe im Rahmen des SCENT-Netzes auf andere Sektoren als den des Zollbereichs unter Beachtung der jeweiligen Zuständigkeiten der einzelstaatlichen Behörden; = Verstärkung der Partnerschaft zwischen der Kommission und den Mitgliedstaaten: Entwicklung der Informationsnetze, verbesserte Auswertung der Ergebnisse der Risikoanalyse, Aus- und Weiterbildung der Beamten der Mitgliedstaaten; entsprechend den Schlußfolgerungen des Europäischen Rates von Madrid und ...