2. Indien een afwikkelingsautoriteit besluit een afwikkelingsinstrument op een instelling of entiteit als bedoeld in artikel 1, lid 1, onder b), c) of d), toe te passen, en deze afwikkelingsmaatregel tot gevolg zou hebben dat schuldeisers verliezen lijden of dat hun vorderingen zouden worden omgezet, oefent de afwikkelingsautoriteit haar bevoegdheid om kapitaalinstrumenten af te schrijven en om te zetten uit overeenkomstig artikel 59, onmiddellijk voordat zij het afwikkelingsinstrument toepast dan wel op hetzelfde tijdstip.
(2) Beschließt eine Abwicklungsbehörde, ein Abwicklungsinstrument auf ein Institut oder ein Unternehmen im Sinne von Artikel 1 Absatz 1 Buchstabe b, c oder d anzuwenden, und würde die Abwicklungsmaßnahme zu Verlusten für die Gläubiger oder zu einer Umwandlung ihrer Forderungen führen, übt die Abwicklungsbehörde die Befugnis zur Herabschreibung und Umwandlung von Kapitalinstrumenten gemäß Artikel 59 unmittelbar vor oder zeitgleich mit der Anwendung des Abwicklungsinstruments aus.