« Schenden de artikelen 127 en 128 van de Verzekeringswet van 25 juni 1992 de artikelen 10, 11 en 172
van de Grondwet in zoverre zij tot gevolg hebben dat het voordeel van de verzekering
aangegaan door een onder een stelsel van gemeenschap van goederen gehuwde echtgenoot ten voordele van de andere echtgenoot een eigen goed van de begunstigde echtgenoot uitmaakt, zonder dat een vergoeding aan de gemeenschap verschuldigd is wanneer onder een stelsel van gemeenschap van goederen gehuwde echtgenoten op dezelfde dag en voor hetzelfde bedra
...[+++]g een levensverzekering ' tak 21 ' afsluiten waarvan zij de begunstigde zijn in geval van leven maar waarvan de andere echtgenoot de begunstigde is in geval van vooroverlijden van de inschrijver ?« Verstoßen die Artikel 127 und 128 des Gesetzes vom 25. Juni 1992 über den Landversicherungsvertrag gegen die Artikel 10, 11 und 172 der Verfassung, insofern sie dazu führen, dass die Begünstigung aus der Versicherung, die ein in Gütergemeinschaft lebender Ehepa
rtner zugunsten des anderen Ehepartners abgeschlossen hat, ein Sondergut des begünstigten Ehepartners ist, ohne dass ein Ausgleich zugunsten der Gemeinschaft geschuldet ist, wenn in Gütergemeinschaft lebende Ehepartner am selben Tag und für denselben Betrag eine Lebensversicherung vom Typ ' Zweig 21 ' abschließen, wobei sie im Erlebensfall die Begünstigten sind, im Falle des Vor
...[+++]versterbens des Unterzeichners aber der andere Ehepartner der Begünstigte ist?