2. In afwijking van lid 1, onder a), mag, indien vóór 12 januari 2017 aan een lidstaat vangstmogelijkheden voor de in bijlage I vermelde soorten zijn toegewezen, maar de vaartuigen
van die lidstaat in geen van de referentiejaren 10 ton of meer diepzeesoorten hebben gevangen, de totale vangstcapaciteit van d
ie lidstaat op geen enkel moment meer bedragen dan de totale vangstcapaciteit van zijn vaartuigen in een van de drie l
aatste jaren waarin minstens een van z ...[+++]ijn vaartuigen 10 ton of meer diepzeesoorten heeft gevangen, uitgaand van het jaar met het hoogste cijfer.(2) Sofern einem Mitgliedstaat vor dem 12. Januar 2017 Fangmöglichkeiten für die in Anhang I genann
ten Arten zugeteilt wurden, dessen Fischereifah
rzeuge jedoch nicht mindestens 10 Tonnen Tiefseearten in einem der Bezugsjahre gefangen haben, so darf — abweichend von Absatz 1 Buchstabe a — die Gesamtfangkapazität eines solchen Mitgliedstaats zu keinem Zeitpunkt die Gesamtfangkapazität seiner Fischereifahrzeuge in einem der letzten drei Jahre — je nachdem, in welchem Jahr der Wert höher ausfiel
...[+++]—, in dem mindestens eines seiner Fischereifahrzeuge mindestens 10 Tonnen Tiefseearten gefangen hat, überschreiten.