6° voor de vrijstelling bedoeld in artikel 19, eerste lid, 6°, van de wet van 13 juli 1987 : aan de hand van een medisch attest waarbij bevestigd wordt dat bedoelde personen aangetast zijn door een zwaar en blijvend gebrek waardoor zij in de volstrekte en definitieve onmogelijkheid verkeren hun verblijf te verlaten zonder hulp van een derde.
6° für die in Artikel 19, Absatz 1, 6° des Gesetzes vom 13. Juli 1987 erwähnte Befreiung: durch ein ärztliches Attest, in dem bescheinigt wird, dass die Personen unter einem permanenten schweren Gebrechen leiden, das es ihnen unmöglich macht, ihren Wohnort ohne die Hilfe von Drittpersonen zu verlassen.