111. vraagt met aandrang dat er in de politieke dialoog over de mensenrechten tussen de EU en derde landen een uitvoeriger en gedetailleerder omschrijving wordt opgenomen van niet-discriminatie op grond van onder meer godsdienst of overtuiging, geslacht, ras of etnische afkomst, leeftijd, handicap, seksuele geaardheid en genderidentiteit;
111. Insists that the political dialogue on human rights between the EU and third countries must cover a more inclusive and comprehensive definition of non-discrimination, inter alia on the basis of religion or belief, sex, racial or ethnic origin, age, disability, sexual orientation and gender identity;