Er wordt terecht op gewezen dat de Unie weinig ruimte
heeft om het energieaanbod uit te breiden, met name omdat de eigen ene
rgiebronnen schaars zijn of in bepaalde gevallen, zoals steenkolen, geen sterke concurrentiepositie opleveren. Er moet dus iets aan de vraag worden gedaan
(ombuigen en in een bepaalde richting sturen), in tegenstelling tot de Verenigde Staten die in hun energieplan van mei 2001 met een ste
...[+++]eds groter aanbod in de vraag trachten te voorzien.
It has the merit of pointing out that the EU has little room for manoeuvre with regard to energy supply - notably due to its low, or in certain cases less competitive (e.g. coal), energy resources. Therefore it is appropriate for the Union to concentrate on guiding and steering demand, unlike the United States which, in the energy plan it announced in May 2001, seeks to meet demand by constantly boosting supply.