Per fruitsoort worden, in volgorde van belangrijkheid, zoveel variëteiten vermeld, dat per lidstaat ten minste 80% van het gehele met de desbetreffende soort beplante areaal, onderverdeeld naar variëteiten, wordt vastgesteld en worden in elk geval alle variëteiten vermeld die ten minste 3% van het gehele met de desbetreffende fruitbomen beplante areaal beslaan.
For each species of fruit, and in order of importance, enough varieties shall be shown to enable a separate assessment to be made for each Member State, by variety, of at least 80% of the total area planted with fruit trees of the species in question and, in any case, all varieties representing 3% or more of the total area planted with fruit trees of the species in question.