De lidstaten verlenen, krachtens artikel 131 en artikel 143, onder b) en c), van Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde , onverminderd andere communautaire bepalingen, onder de voorwaarden die zij onder meer vaststellen om alle fraude, ontwijking en misbruik te voorkomen, vrijstelling voor de definitieve invoer van goederen waarvoor een andere douanevrijstelling geldt dan die bedoeld in het gemeenschappelijk douanetarief.
Pursuant to Article 131 and Article 143(b) and (c) of Council Directive 2006/112/EC of 28 November 2006 on the common system of value added tax , Member States are, without prejudice to other Community provisions and under conditions which they shall lay down for the purpose, inter alia, of preventing any possible evasion, avoidance or abuse, to exempt final importation of goods qualifying for exemption from customs duties other than as provided for in the Common Customs Tariff.