Hierbij is met name te denken aan het meermalen door de Europese Unie geuite standpunt waarbij wordt opgeroepen tot afschaffing of ten minste opschorting van
de doodstraf, en de overeenkomst bepaalt dan ook dat de aangezochte staat tot het oordeel kan komen dat de
uitvoering van een verzoek betreffende een feit waarop volgens de wetgeving van de verzoekende staat de doodstraf staat, afbreuk zou kunnen doen aan de essentiële belangen van de aangezochte staat, en dat deze staat
dit verzoek dus kan ...[+++]afwijzen. De aangezochte staat blijft de mogelijkheid houden om op een verzoek om samenwerking in te gaan als hij het met de verzoekende staat eens is over de voorwaarden waaronder het verzoek kan worden uitgevoerd.
In particular, in line with the position frequently stated by the European Union calling for abolition of the death penalty or at least a moratorium on its use, the Agreement stipulates that the requested State may consider that the execution of a request concerning an offence punishable by death could prejudice its essential interests and may therefore be refused. Nevertheless, the possibility remains for the requested State to accept the cooperation request if it is able to agree with the requesting State on the conditions under which the request can be executed.