124. vraagt de lidstaten alles in het werk te stellen voor en betere samenwerking, om in samenwerking met de desbetreffende EU-organen en -agentschappen, waarborgen te kunnen bieden tegen spionage, met het oog op de bescherming van de burgers en de instellingen van de EU, Europese ondernemingen, het bedrijfsleven in de EU, en de IT infrastructuur en netwerken, evenals het Europese onderzoek; beschouwt een actieve betrokkenheid van belanghebbenden in de EU als eerste voorwaarde voor een effectieve informatie-uitwisseling; wijst erop dat veiligheidsdreigingen internationaler, diffuser en complexer zijn geworden en daar
door een versterkte Europese samenwerking vereisen; ...[+++] stelt dat deze ontwikkeling in de Verdragen beter tot uitdrukking moet komen en pleit daarom voor een zodanige herziening van de Verdragen dat het begrip loyale samenwerking tussen de lidstaten en de Unie meer gewicht krijgt waar het gaat om de totstandbrenging van een ruimte van veiligheid, en dat wederzijdse spionage tussen lidstaten binnen de Unie wordt vermeden; 124. Calls on the Member States to make every effort to ensure better cooperation with a view to providing safeguards against espionage, in cooperation with the relevant EU bodies and agencies, for the protection of EU citizen
s and institutions, European companies, EU industry, and IT infrastructure and networks, as well as European research; considers the active involvement of EU stakeholders to be a precondition for an effective exchange of information; points out that security threats have become more international, diffuse and complex, thereby requiring an enhanced European cooperation; believes that this development should be bet
...[+++]ter reflected in the Treaties, and therefore calls for a revision of the Treaties in order to reinforce the notion of sincere cooperation between the Member States and the Union as regards the objective of achieving an area of security and to prevent mutual espionage between Member States within the Union;