Het Hof heeft reeds geoordeeld dat een exclusieve of quasi-exclusieve distributieovereenkomst voor de vaststelling van de rechterlijke bevoegdheid in beginsel onder het begrip „overeenkomst tot verrichting van diensten” valt (zie in die zin arrest van 19 december 2013, Corman-Collins, C‑9/12, EU:C:2013:860, punten 27, 28 en 41).
The Court has already held that, for the purposes of determining jurisdiction, an exclusive or semi-exclusive concession agreement falls, in principle, with the definition of ‘contract for the supply of services’ (see, to that effect, judgment of 19 December 2013, Corman-Collins, C‑9/12, EU:C:2013:860, paragraphs 27, 28 and 41).