de echtgenoot van de studerende of gepensioneerde ingezetene, of indien de wetgeving van de betrokken lidstaat de situatie van niet gehuwde paren gelijkstelt aan die van gehuwde paren, de niet gehuwde partner met wie de gezinshereniger een duurzame relatie heeft, zijn autonome verblijfsrecht effectief kan uitoefenen, dat erkend wordt op dezelfde voorwaarden, wat de inkomsten betreft, als de studerende of gepensioneerde ingezetene,
that the spouse of a resident student or retired person or, if the law of the Member State concerned treats the situation of unmarried couples as married couples, the unmarried partner with whom the person reuniting the family has a lasting relationship should have a genuine autonomous right of residence conferred upon them on the same terms, as regards resources, as upon the resident student or retired person;