Vertaling van "Golflengte in een golfgeleider " (Nederlands → Engels) :

TERMINOLOGIE

golfgeleidergolflengte | golflengte in de golfgeleider | golflengte in een golfgeleider
guide wavelength | waveguide wavelength

homogene golfgeleider | uniforme golfgeleider
uniform waveguide

dielektrische golfgeleider | diëlektrische golfgeleider
dielectric waveguide

Kritische golflengte
Critical wavelength

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

(2) ioniserende straling: de overdracht van energie in de vorm van deeltjes of elektromagnetische straling met een golflengte van ten hoogste 100 nanometer of een frequentie van ten minste 3x1015 hertz waardoor rechtstreeks of onrechtstreeks ionen kunnen worden geproduceerd;
(2) Ionising radiation means the transfer of energy in the form of particles or electromagnetic waves of a wavelength of 100 nanometres or less (a frequency of 3x1015 Hertz or more) capable of producing ions directly or indirectly;

6.11.5. UV-detector met variabele golflengte, instelbaar op 210 nm (indien nodig kan een langere golflengte tot 220 nm worden gebruikt), met een gevoeligheid van 0,02 Å;
6.11.5. Variable wavelength UV detector, permitting measurements at 210 nm (if necessary, a higher wavelength up to 220 nm may be used) with a sensitivity of 0,02 Å

HUVA bestralingsdosis (UVA): de integraal naar tijd en golflengte, of de som van de bestralingssterkte binnen het UVA-golflengtegebied (315 - 400 nm), uitgedrukt in joules per vierkante meter [J m-2];
HUVA radiant exposure, the time and wavelength integral or sum of the irradiance within the UVA wavelength range 315 to 400 nm, expressed in joules per square metre [J m-2];

λ golflengte, uitgedrukt in nanometers [nm];
λ wavelength, expressed in nanometres [nm];

Hskin stralingsblootstelling, de integraal van tijd en golflengte, of de som van de bestralingssterkte in het zichtbare en infrarode golflengtespectrum (380 tot 3000 nm), uitgedrukt in joules per vierkante meter (J m-2);
Hskin radiant exposure, the time and wavelength integral or sum of the irradiance within the visible and infrared wavelength range 380 to 3 000 nm, expressed in joules per square metre (J m-2);

Welke formule wordt gebruikt hangt af van de golflengte en de duur van de door de bron uitgezonden straling en de resultaten dienen te worden vergeleken met de desbetreffende grenswaarden voor blootstelling in de tabellen 2.2 tot en met 2.4.
The formulae to be used depend on the wavelength and duration of radiation emitted by the source and the results should be compared with the corresponding exposure limit values indicated in the Tables 2.2 - 2.4.

In ML9.f) zijn mede bedoeld doorvoerkoppelingen voor vaartuigen voor eendraads-, meerdraads- of coaxiaalkabel of voor golfgeleiders, en doorvoeren voor rompen, beide geschikt om bij een onderwaterdiepte groter dan 100 m ondoordringbaar te blijven voor lekkage van buitenaf en met behoud van de vereiste eigenschappen, alsmede vezeloptische doorvoerkoppelingen en optische doorvoeren voor rompen speciaal ontworpen voor de transmissie van „laser”-bundels ongeacht de diepte.
ML9.f includes connectors for vessels which are of the single conductor, multi-conductor, coaxial or waveguide type, and hull penetrators for vessels, both of which are capable of remaining impervious to leakage from without and of retaining required characteristics at marine depths exceeding 100 m; and fibre-optic connectors and optical hull penetrators specially designed for ‘laser’ beam transmission regardless of depth.

6.10.5. UV-detector met variabele golflengte, instelbaar op 210 nm (indien nodig, mag met een golflengte tot 220 nm worden gewerkt) met een gevoeligheid van 0,02Å;
6.10.5. Variable wavelength UV detector, permitting measurements at 210 nm (if necessary, a higher wavelength up to 220 nm may be used) with a sensitivity of 0,02 Å.

6.10.5. UV-detector met variabele golflengte, instelbaar op 210 nm (indien nodig, mag met een golflengte tot 220 nm worden gewerkt) met een gevoeligheid van 0,02 Å;
6.10.5. Variable wavelength UV detector, permitting measurements at 210 nm (if necessary, a higher wavelength up to 220 nm may be used) with a sensitivity of 0,02 A.

Stel het nulpunt in bij een golflengte van 425 nm met een cuvette van 1 cm optische weglengte gevuld met gedestilleerd water. Meet de extinctie E bij deze golflengte van de oplossing met 25 % (m/m) (25 °Brix) suiker, zoals bij punt 2.3.1 is verkregen, in een cuvette met 1 cm optische weglengte.2.4.
Measure the absorbence A at the same wavelength of the solution containing 25 % sugar (25° Brix) prepared as in 2.3.1 and placed in a cell with an optical path of 1 cm.2.4.