1. De lidstaten dragen er zorg voor dat voor kweekdoeleinden in de handel gebrachte aquacultuurdieren niet afkomstig zijn van een kwekerij of kweekgebied van weekdieren waar zich binnen een termijn van 31 dagen vóór de datum waarop zij in de handel worden gebracht een verhoogde sterfte of een klinische uitbraak van een ziekte heeft voorgedaan , tenzij deze dieren afkomstig zijn van een gedeelte van de kwekerij of het kweekgebied van weekdieren dat in epizoötiologisch opzicht onafhankelijk is van het gedeelte waar de verhoogde sterfte of klinische ziektesymptomen zijn vastgesteld.
1. Member States shall ensure that aquaculture animals placed on the market for farming do not come from a farm or mollusc farming area where there has been any increased mortality or a clinical outbreak of any disease within 31 days prior to the date of placing on the market, unless such animals originate from a part of the farm or mollusc farming area epidemiologically independent of the part where the increased mortality or clinical signs of disease have occurred.