(f) de risico's van natuurlijke en door de mens veroorzaakte rampen en het risico van ongevallen, en met name wat betreft hydromorfologische veranderingen, gebruikte stoffen, technologieën of levende organismen, de specifieke toestand van toplaag en onderlaag of alternatief gebruik, de lokale geologische kenmerken, en de kans op ongevallen of rampen en de kwetsbaarheid van het project voor het risico van ongevallen en rampen die redelijkerwijs als kenmerkend voor het type project kunnen worden beschouwd;
(f) the natural and man-made disaster risks and risk of accidents, with particular regard to hydromorphological changes, substances, or technologies or living organisms used, to specific surface and subsurface conditions or alternative use, to local geological characteristics, and to the vulnerability of the project to risks of accidents or disasters that can be reasonably regarded as characteristic to its nature;