G. overwegende dat de grondwet, door de daarin uiteengezette waarden en de onduidelijke formuleringen bij het definiëren van basisbeginselen zoals "familie" en het recht op leven vanaf het tijdstip van conceptie, het gevaar in zich bergt van discriminatie ten laste van bepaalde groepen in de samenleving, zoals etnische, religieuze en seksuele minderheden, eenoudergezinnen, paren die ongehuwd samenleven en vrouwen,
G. whereas the Constitution, through the values set out in it as well as unclear wording when defining basic notions such as "family" and the right to life from the moment of conception, carries the risk of discrimination against certain groups in the society, namely ethnic, religious and sexual minorities, single-parent families, people living in civil union and women,