5. Op verzoek van een lidstaat staat de Commissie volgens de procedure van artikel 30, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2371/2002 afwijkingen van de l
eden 1, 2 en 3 toe, mits een dergelijke afwijking gerechtvaardigd is door bijzondere geografische
obstakels, zoals de beperkte afmetingen van het continentaal plat langs de gehele kustlijn van een lidstaat of de beperkte omvang van de visgronden waar trawlvisserij mogelijk is,
wanneer de visserij geen effect va ...[+++]n betekenis heeft op het mariene milieu en er een beperkt aantal vaartuigen mee gemoeid is en mits deze vormen van visserij niet met ander vistuig kunnen worden beoefend en het voorwerp vormen van een beheersplan als bedoeld in de artikelen 18 en 19.5. At the request of a Member State, the Commission, in accordance with the procedure provided in Article 30(2) of Regulation (EC) No 2371/2002, shall allow a derogation from paragraphs 1, 2 and 3, on condition that such derogation is justified by particular geographical constraints, such as
the limited size of coastal platforms along the entire coastline of a Member S
tate or the limited extent of trawlable fishing grounds, where the fisheries have no significant impact on the marine environment and affect a limited number of vessels,
...[+++] and provided that those fisheries cannot be undertaken with another gear and are subject to a management plan as referred to in Articles 18 or 19.