Het feit dat in artikel 10, lid 1, sub a) van het Protocol wordt gesproken van de immuniteiten van de leden van de nationale parlementen, betekent nog niet dat het Europees Parlement geen eigen regels mag opstellen die leiden tot een eigen "jurisprudentie". Als het gaat om opheffing van de parlementaire onschendbaarheid, mag de parlementaire onschendbaarheid als zodanig, die identiek is voor nationale en Europese parlementsleden van eenzelfde nationaliteit, niet worden verward met de opheffing ervan, aangezien deze onder de bevoegdheid valt van elk van de betrokken parlementen.
The fact that Article 10(1)(a) of the Protocol refers to the immunity enjoyed by Members of national parliaments does not mean that the European Parliament cannot create its own rules, as it were its own ‘case law’; in waiving parliamentary immunity the distinction needs to be drawn between the parliamentary immunity itself, which is the same for MPs and for MEPs of the same nationality, and the waiving of parliamentary immunity, which is for each individual parliament to decide upon.