Radiosystemen volgens deze basis-subset zijn geschikt voor duplexspreekverbindingen (baanapparatuur), simplexspreekverbindingen (treinapparatuur), zendmodus en het gebruik van geluidssignalen (tonen) voor selectieve oproep en gegevensoverdracht.
Radio systems following this basic subset allow for duplex voice communication (lineside), simplex voice communication (train-borne), broadcast mode and use of operating signals (tones), for selective calls and for data transmission.