Op 5 december 2000 besloot de Raad industrie en energie om, indien vóór 1 mei 2001 geen bevredigende oplossing met Korea zou worden overeengekomen, de zaak aan de WTO voor te leggen en de Commissie te verzoeken een defensief mechanisme voor te stellen dat selectief (alleen voor schepen die worden bedreigd door de dumping van de kant van Korea) en tijdelijk is (tot de afsluiting van de procedure bij de WTO).
On 5 December 2000, the Council of Ministers of Industry and Energy agreed that, should no satisfactory agreement be reached with South Korea by 1 May 2001, it would propose that action be brought before the WTO and call on the Commission to propose a defensive mechanism which should be both selective (exclusively for the shipyards in segments threatened by South Korean dumping) and temporary (until the conclusion of action brought before the WTO).