Zo de artikelen 45 VWEU en 49 VWEU alsmede richtlijn 2005/36 van 7 september 2005 in casu van toepassin
g zijn, moeten deze normen dan aldus worden uitgelegd dat zij zich ertegen verzetten dat de exam
encommissie van het vergelijkend examen voor de werving van referendarissen bij het Hof van Cassatie deelname aan dat vergelijkend examen afhankelijk stelt van het bezit van een door een Belgische universiteit uitgereikt diploma van doctor of licentiaat in de rechten of van erkenning, door de Frans
...[+++]e Gemeenschap, die inzake onderwijs bevoegd is, van de academische gelijkwaardigheid van de door de Franse Universiteit van Poitiers aan verzoeker uitgereikte master aan een door een Belgische universiteit verleende graad van doctor, licentiaat of master in de rechten?If Articles 45 and 49 TFEU and Directive 2005/36 of 7 September 2005 apply in the present case, must they be interpreted as precluding the selection board charged with the rec
ruitment of legal secretaries at the Cour de cassation from making participation in that competition conditional on the holding of a doctorate or licentiate degree in law awarded by a Belgian university, or on recognition by the French Community, which has competence in the field of education, that the master’s degree awarded to the applicant by the University of Poitiers in France is equivalent to the qualification of doctorate, licentiate degree or master’s degree
...[+++] in law awarded by a Belgian university?