In die omstandigheden bezit alleen een merk dat op significante wijze afwijkt van de norm of van wat in de betrokken sector gangbaar is, en derhalve de wezenlijke functie van herkomstaanduiding kan vervullen, onderscheidend vermogen in de zin van artikel 7, lid 1, sub b, van verordening nr. 40/94 (zie onder meer reeds aangehaalde arresten Mag Instrument/BHIM, punt 31; Deutsche SiSi-Werke/BHIM, punt 31, en Storck/BHIM, punt 28).
In those circumstances, only a mark which departs significantly from the norm or customs of the sector and thereby fulfils its essential function of indicating origin is not devoid of any distinctive character for the purposes of Article 7(1)(b) of Regulation No 40/94 (see, in particular, Mag Instrument v OHIM, paragraph 31.Deutsche SiSi-Werke v OHIM, paragraph 31, and Storck v OHIM, paragraph 28).