2. Op basis van jaarlijkse verslagen die de in lid 1 bedoelde derde landen over de uitvoering en handhaving van door hen vastgestelde controlemaatregelen moeten opstellen en jaarlijks uiterlijk op 31 maart van elk jaar aan de Commissie moeten toezenden, zorgt de Commissie met hulp van de lidstaten voor adequaat toezicht op de erkende landen door hun erkenning regelmatig te evalueren.
2. On the basis of annual reports to be sent to the Commission, by 31 March of each year, by the third countries referred to in paragraph 1 regarding the implementation and enforcement of the control measures established by them, the Commission assisted by the Member States shall ensure appropriate supervision of the recognised third countries by regularly reviewing their recognition.