Wat betreft een mogelijke verstoring van de mededinging tussen lidstaten, erkende de TIGA dat lagere kosten van invloed zijn op besluiten met betrekking tot de locatie van ondernemingen die videospelletjes produceren. Zij is echter van mening dat de grootste verstoring uit derde landen zou komen, zoals Canada, waar de sector zou groeien als gevolg van overheidssteun.
Regarding a possible distortion of competition among Member States, TIGA admitted that lower costs influence decisions regarding the location of video games production companies; but it considered that the principal distortion would come from third countries, like Canada, where the industry would grow because of public support.