Aangezien het echter altijd de deelstaat was die de voorzitter van de raad van commissarissen van FGAZ/FZG benoemde, en de deelstaat daadwerkelijk tussen 95 % en 80 % van de verliezen van FGAZ/FZG financierde (en daardoor een significante invloed op ZEF had en een groter financieel belang in de onderneming), mag worden aangenomen dat de deelstaat effectieve zeggenschap over FGAZ/FZG had.
Considering, however, that it was always the Land which appointed FGAZ/FZG's supervisory board chairman, and that the Land effectively financed between 95 % and 80 % of the losses of the FGAZ/FZG (thereby having significant influence on the ZEF and a larger financial interest in the undertaking), it can safely be considered that the Land had effective control over FGAZ/FZG.