1. Alle honden, katten en niet-menselijke primaten in fok-, toeleverings- of gebruikende inrichtingen moeten, voordat zij worden gespeend, op de minst pijnlijke wijze van een individueel merkteken worden voorzien, behalve in de in lid 2 bedoelde gevallen.
1. Each dog, cat and non-human primate in any breeding, supplying or user establishment shall, except in the cases referred to in paragraph 2, be provided, before it is weaned, with an individual identification mark in the least painful manner possible.