1. De lidstaten nemen zo spoedig mogelijk nadat de vluchtelingenstatus of de subsidiaire-beschermingsstatus is verleend, de nodige maatregelen om te verzekeren dat niet-begeleide minderjarigen worden vertegenwoordigd door een wettelijke voogd, dan wel, indien nodig, door een organisatie die belast is met de zorg voor en het welzijn van minderjarigen, of op een andere passende wijze worden vertegenwoordigd, zoals op basis van wetgeving of een rechterlijke uitspraak.
1. As soon as possible after the granting of refugee or subsidiary protection status Member States shall take the necessary measures, to ensure the representation of unaccompanied minors by legal guardianship or, where necessary, by an organisation responsible for the care and well-being of minors, or by any other appropriate representation including that based on legislation or Court order.