5. on
derkent dat slechte taalvaardigheid een obstakel is voor he
t vrije verkeer van werkenden en het internationale concurrentievermogen van het bedrijfsleven in de Unie, met name in gebieden waar Europese burgers dichtbij de grens met een buurland wonen waar ee
n andere taal wordt gesproken; brengt in
herinnering dat het aanleren van een taal op jonge leeftijd over het
...[+++] algemeen als veel effectiever wordt beschouwd;
5. Acknowledges that poor language skills constitute a major obstacle to the free movement of workers and to the international competitiveness of enterprises in the Union, particularly in areas where European citizens live close to the border of a neighbouring country with a different language; recalls that language learning is deemed to be much more effective at an early age;