Met andere woorden, de bepalingen van het land van herkomst die worden toegepast op het hoofdkantoor van een beleggingsonderneming, gelden ook voor haar bijkantoren in de EU; er wordt immers van uitgegaan dat deze binnen de interne markt één enkele entiteit vormen waarvoor één enkele vergunning geldt en op de werkzaamheden waarvan gecentraliseerd toezicht wordt uitgeoefend.
In other terms, the home country provisions applied to the head office of an investment firm are extended also to its EU branches; the assumption being that these form, within the Internal Market, a single entity subject to single authorisation and centralised supervision of its activities.