Indien na afloop van een onderzoek een lid, hoofd, ambtenaar, personeelslid of andere persoon in dienst van een instelling, orgaan of instantie dan wel een marktdeelnemer geen enkel feit ten laste kan worden gelegd, wordt het hem betreffende onderzoek zonder verder gevolg afgesloten bij besluit van de directeur-generaal van het Bureau, die de betrokkene en, in voorkomend geval, zijn instelling, orgaan of instantie daarvan schriftelijk in kennis stelt.
If, on completion of an investigation, no evidence has been found against a member, manager, official or other servant or person serving an institution, body, office or agency or against an economic operator, the investigation into that person shall be closed and no further action taken, by decision of the Director General of the Office, who shall inform the person concerned and, where appropriate, the institution, body, office or agency in writing.