4. onderstreept dat de wet- en regelgevingskaders van alle lidstaten moeten voorzien in een robuuste regeling, overeenkomstig de huidige beste praktijken, waarbij alle voorstellen om boringen te verrichten worden vergezeld van een veiligheidsanalyse die moet worden goedgekeurd alvorens de werkzaamheden kunnen beginnen, met inbegrip van door onafhankelijke derden te verrichten verificatieprocedures en regelmatige onderzoek
en met een passende frequentie door onafhankelijke deskundigen; onderstreept dat in de regelgeving opgenomen „controlepauzes” voor de aanvang van de booractiviteiten er verder voor zullen zorgen dat met alle risico's re
...[+++]kening is gehouden en dat deze zo gering mogelijk zijn gemaakt, en dat er voor elke installatie met een passende frequentie onderzoeken door onafhankelijke deskundigen worden uitgevoerd;
4. Stresses that all Member States' legislative and regulatory frameworks should adopt a robust regime in line with the current best practice where all drilling proposals are accompanied by a safety case, which must be approved before operations can begin, including independent third-party verification procedures and reviews at regular and appropriate intervals by independent experts; stresses that regulatory ‘hold points’ prior to drilling will further ensure that all risks have been considered and mitigated, and reviews by independent experts implemented at appropriate intervals for each installation;