Bij deze verordening
worden minimumeisen vastgesteld voor de certificering van natuurlijke personen die de in artikel 2, lid 1, be
doelde activiteiten uitvoeren met betrekking tot koeleenheden op koelwagens en koelaanhangwagens, en stationaire koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur die gefluoreerde broeikasgassen bevatten, en voor de certificering van bedrijven die de in artikel 2, lid 2, be
doelde activiteiten uitvoeren met betrekking tot ...[+++]stationaire koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur die gefluoreerde broeikasgassen bevat, en stelt tevens de voorwaarden vast voor wederzijdse erkenning van de in overeenstemming met die eisen afgegeven certificaten.
This Regulation establishes minimum requirements for the certification of natural persons carrying out the activities referred to in Article 2(1) in relation to refrigeration units of refrigerated trucks and trailers, stationary refrigeration, air conditioning and heat pump equipment containing fluorinated greenhouse gases and certification of companies carrying out the activities referred to in Article 2(2) in relation to stationary refrigeration, air conditioning and heat pump equipment containing fluorinated greenhouse gases as well as the conditions for mutual recognition of certificates issued in accordance with those requirements.