1. „airconditioner”: een apparaat voor het koelen of verwarmen, of beide, v
an binnenlucht, dat gebruik maakt van een door een elektrische compressor aangedreven dampcompressiecyclus, met inbegrip van airconditioners die extra functies bieden zoals ontvochtiging, luchtzuivering, ventilatie of aanvullende luchtverwarming door middel van elektrische weerstandsverwarming, alsmede een apparaat dat ge
bruik kan maken van water (condensaatwater afkomstig van de verdamper of water dat van buitenaf wordt toegevoegd) voor verdamping op de conden
...[+++]sor, mits het apparaat ook in staat is zonder het aanvullende water te werken en uitsluitend van lucht gebruik te maken; ‘air conditioner’ means a device capable of cooling or heating, or both, indoor air, using a vapour compression cycle driven by an electric compressor, includi
ng air conditioners that provide additional functionalities such as dehumidification, air-purification, ventilation or supplemental air-heating by means of electric resistance heating, as well as appl
iances that may use water (either condensate water that is formed on the evaporator side or externally added water) for evaporation on the condenser, provided that the device is als
...[+++]o able to function without the use of additional water, using air only;