De aanduiding ernstige strafbare feiten die een inbreuk vormen op het gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde („btw”) zoals vastgesteld bij Richtlijn 2006/112/EG van de Raad (het „gemeenschappelijk btw-stelsel”), heeft betrekking op de ernstigste vormen van btw-fraude, met name carrouselfraude, ploffraude en btw-fraude die wordt gepleegd in het verband van een criminele organisatie, die een grote bedreiging zijn voor het gemeenschappelijk btw-stelsel en aldus voor de begroting van de Unie.
The notion of serious offences against the common system of value added tax (‘VAT’) as established by Council Directive 2006/112/EC (the ‘common VAT system’) refers to the most serious forms of VAT fraud, in particular carrousel fraud, VAT fraud through missing traders, and VAT fraud committed within a criminal organisation, which create serious threats to the common VAT system and thus to the Union budget.