Vertaling van "mobiel meetstation voor de luchtkwaliteit " (Nederlands → Engels) :

TERMINOLOGIE

mobiel meetstation voor de luchtkwaliteit
mobile air quality monitoring station

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Deze nieuwe emissiegrenswaarden moeten worden vastgesteld met het oog op de verwezenlijking van de Uniedoelstellingen inzake luchtkwaliteit en de vermindering van emissies van niet voor de weg bestemde mobiele machines en land- en bosbouwvoertuigen, hetgeen leidt tot een minder groot aandeel in emissies van niet voor de weg bestemde mobiele machines in verhouding tot emissies van wegvoertuigen.
Those new emission limits should be established with a view to achieving Union air quality targets and reducing the emissions from non-road mobile machinery and agricultural and forestry vehicles, thus decreasing the share of non-road mobile machinery emissions in relation to road vehicle emissions.

Ter verzekering dat de verzamelde gegevens over luchtverontreiniging voldoende representatief en over de hele Gemeenschap vergelijkbaar zijn, is het van belang dat bij de beoordeling van de luchtkwaliteit gestandaardiseerde meettechnieken en gemeenschappelijke criteria met betrekking tot het aantal en de plaats van de meetstations worden toegepast.
In order to ensure that the information collected on air pollution is sufficiently representative and comparable across the Community, it is important that standardised measurement techniques and common criteria for the number and location of measuring stations are used for the assessment of ambient air quality.

Richtlijn 96/62/EG van de Raad van 27 september 1996 inzake de beoordeling en het beheer van de luchtkwaliteit , Richtlijn 1999/30/EG van de Raad van 22 april 1999 betreffende grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, zwevende deeltjes en lood in de lucht , Richtlijn 2000/69/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2000 betreffende grenswaarden voor benzeen en koolmonoxide in de lucht , Richtlijn 2002/3/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2002 betreffende ozon in de lucht en Beschikking 97/101/EG van de Raad van 27 januari 1997 tot invoering van een regeling voor de onderlinge uitwisseling van informatie over en gegevens van meetnetten en meetstations voor luchtverontreiniging in de lidstaten dienen grondig te worden herzien teneinde de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van de volksgezondheid en de wetenschappelijke kennis alsook de door de lidstaten opgedane ervaring daarin te verwerken.
Council Directive 96/62/EC of 27 September 1996 on ambient air quality assessment and management , Council Directive 1999/30/EC of 22 April 1999 relating to limit values for sulphur dioxide, nitrogen dioxide and oxides of nitrogen, particulate matter and lead in ambient air , Directive 2000/69/EC of the European Parliament and of the Council of 16 November 2000 relating to limit values for benzene and carbon monoxide in ambient air , Directive 2002/3/EC of the European Parliament and of the Council of 12 February 2002 relating to ozone in ambient air and Council Decision 97/101/EC of 27 January 1997 establishing a reciprocal exchange of information and data from networks and individual stations measuring ambient air pollution within the Member States need to be substantially revised in order to incorporate the latest health and scientific developments and the experience of the Member States.

Met het oog op het verkrijgen van voor de hele Gemeenschap vergelijkbare gegevens spelen gestandaardiseerde nauwkeurige meettechnieken en gemeenschappelijke criteria voor de plaatsing van meetstations een belangrijke rol bij de beoordeling van de luchtkwaliteit.
Standardised accurate measurement techniques and common criteria for the location of measuring stations are important elements in assessing ambient air quality so that the information obtained is comparable throughout the Community.

(12) Teneinde voor de hele Gemeenschap vergelijkbare gegevens te verkrijgen, spelen gestandaardiseerde nauwkeurige meettechnieken en gemeenschappelijke criteria voor de plaatsing van meetstations een belangrijke rol bij de beoordeling van de luchtkwaliteit.
(12) Standardised accurate measurement techniques and common criteria for the location of measuring stations are an important element in the assessment of ambient air quality with a view to obtaining comparable information across the Community.

3. Teneinde de Commissie bij te staan bij de opstelling van het in artikel 10 bedoelde verslag registreren de lidstaten indien mogelijk tot en met 31 december 2003 gegevens over zwaveldioxideconcentraties, waarop een tienminutenmiddeling is toegepast, die zij ontvangen van een aantal meetstations die door de lidstaten zijn geselecteerd als representatief voor de luchtkwaliteit in woongebieden in de nabijheid van de bronnen en die uurconcentraties meten.
3. In order to assist the Commission in preparing the report provided for in Article 10, until 31 December 2003 Member States shall, where practicable, record data on concentrations of sulphur dioxide averaged over ten minutes from certain measuring stations which they have selected as representative of air quality in inhabited areas close to sources and at which hourly concentrations are measured.

(10) Overwegende dat bij de beoordeling van de luchtkwaliteit genormaliseerde, accurate meettechnieken en gemeenschappelijke criteria voor de ligging van meetstations belangrijke elementen vormen met het oog op het verkrijgen van vergelijkbare informatie in de gehele Gemeenschap;
(10) Whereas standardised accurate measurement techniques and common criteria for the location of measuring stations are an important element in the assessment of ambient-air quality with a view to obtaining comparable information across the Community;

5. Met ingang van 19 juli 2001 kunnen de lidstaten meetstations en andere methoden voor de beoordeling van de luchtkwaliteit gebruiken die aan de eisen van deze richtlijn voor PM10 voldoen voor de bepaling van concentraties van zwevende deeltjes, teneinde aan te tonen dat wordt voldaan aan de grenswaarden voor de totale hoeveelheid zwevende deeltjes die in bijlage IV van Richtlijn 80/779/EEG zijn vastgesteld, maar om aan te tonen dat daaraan voldaan wordt, moeten de aldus verkregen gegevens met een factor 1,2 worden vermenigvuldigd.
5. From 19 July 2001 Member States may employ measurement stations and other methods of air-quality assessment that comply with this Directive as regards PM10 to assess concentrations of suspended particulate matter for the purpose of demonstrating compliance with the limit values for total suspended particulates laid down in Annex IV to Directive 80/779/EEC; for the purpose of demonstrating such compliance, however, the data so collected shall be multiplied by a factor of 1.2.

4. Met ingang van 19 juli 2001 gebruiken de lidstaten meetstations en andere methoden voor de beoordeling van de luchtkwaliteit die aan de eisen van deze richtlijn voldoen voor de bepaling van concentraties van zwaveldioxide, stikstofdioxide en lood in de lucht om gegevens te verkrijgen waarmee kan worden aangetoond dat wordt voldaan aan de grenswaarden die bij de Richtlijnen 80/779/EEG, 82/884/EEG en 85/203/EEG zijn vastgesteld, totdat de bij die richtlijnen vastgestelde grenswaarden niet meer van toepassing zijn.
4. From 19 July 2001 Member States shall employ measurement stations and other methods of air-quality assessment that comply with this Directive to assess concentrations of sulphur dioxide, nitrogen dioxide and lead in ambient air to obtain data for the purpose of demonstrating compliance with the limit values laid down in Directives 80/779/EEC, 82/884/EEC and 85/203/EEC until such time as the limit values laid down in those Directives cease to apply.