Klinische observaties moeten onder meer (maar niet alleen) bestaan uit: veranderingen in huid, vacht, ogen, slijmvliezen, optreden van uitscheiding, en onwillekeurige reacties (zoals traanvorming, rechtop staan van het haar, pupilgrootte, een ongewoon ademhalingspatroon en/of mondademhaling en eventuele ongewone symptomen van urineren of defecatie).
Clinical observations should include, but not be limited to, changes in skin, fur, eyes, mucous membranes, occurrence of secretions, and autonomic activity (e.g. lacrimation, piloerection, pupil size, unusual respiratory pattern and/or mouth breathing, and any unusual signs of urination or defecation).