De Europese aanklager heeft stemrecht, behalve met betrekking tot de besluiten van de permanente kamer over een delegatie of intrekking van een delegatie overeenkomstig artikel 10, lid 7, over de toewijzing en nieuwe toewijzing krachtens artikel 26, leden 3, 4 en 5, en artikel 27, lid 6, en over het aanhangig maken van zaken overeenkomstig artikel 36, lid 3, waarvoor meer dan een lidstaat rechtsmacht heeft, en in de in artikel 31, lid 8, beschreven gevallen.
The European Prosecutor shall have a right to vote, except as regards the Permanent Chamber’s decisions on delegation or withdrawal of delegation in accordance with paragraph 7 of this Article, on allocation and reallocation under Article 26(3), (4) and (5) and Article 27(6) and on bringing a case to judgment in accordance with Article 36(3), where more than one Member State has jurisdiction for the case, as well as situations described in Article 31(8).