5. wijst erop dat de opstand van Boko Haram aanvankelijk een plaatselijk, Nigeriaans probleem leek, maar in de loop der tijd tot een grote dreiging voor de vrede en de veiligheid in West-Afrika is geworden; verzoekt de Nigeriaanse regering dan ook om een brede strategie te ontwikkelen waarin wordt ingegaan op de diepere oorzaken van deze ontwikkelingen, en waarin de nadruk ligt op een zachte aanpak met als doel de aantrekkingskracht van de ideologie van Boko Haram te verminderen, de gelegenheden voor aanwerving en radicalisering weg te nemen en de financiering af te snijden;
5. Points out that while Boko Haram’s insurgency initially emerged as a localised Nigerian problem, it has, over time, transformed into a major threat to peace and security in the West African region; accordingly, calls on the Nigerian Government to develop a comprehensive strategy that addresses the root causes of these dynamics, focusing on a soft approach that aims to erode the appeal of Boko Haram’s ideology, inhibit opportunities for recruitment and radicalisation and cut off its financial funding;