Met de in punt 1, onder e), vermelde „contact- en begeleidende personen”, worden bedoeld personen van wie met voldoende reden kan worden verondersteld dat via hen voor de analyse nuttige informatie betreffende de in punt 1, onder a) en b), bedoelde personen kan worden verkregen, mits zij niet behoren tot een van de in punt 1, onder a), b), c), d) en f), bedoelde categorieën van personen.
‘Contacts and associates’, as referred to in point (e) of paragraph 1, are persons through whom there is sufficient reason to believe that information which relates to the persons referred to in points (a) and (b) of paragraph 1 and which is relevant for the analysis can be gained, provided they are not included in one of the categories of persons referred to in points (a), (b), (c), (d) and (f) of paragraph 1.