Indien de waarden 0,8 en 0,5 met een optische correctie worden bereikt, dient de ongecorrigeerde gezichtsscherpte voor elk van beide ogen niet minder dan 0,05 te bedragen of dient de correctie van de minimale gezichtsscherpte (0,8 en 0,5) te zijn verkregen door brilleglazen die niet sterker mogen zijn dan ± 4 dioptrieën, of door contactlenzen (niet gecorrigeerd gezichtsvermogen = 0,05).
If corrective lenses are used to attain the values of 0,8 and 0,5, the uncorrected acuity in each eye must reach 0,05, or else the minimum acuity (0,8 and 0,5) must be achieved either by correction by means of glasses with a power not exceeding plus or minus four dioptres or with the aid of contact lenses (uncorrected vision = 0,05).