Eenmaal terug in Duitsland, wensten sommige toeristen niettemin het recht op opzegging, waarin het Duitse recht voorziet, te laten gelden. Omdat de toeristen als "mobiele" consumenten niet konden profiteren van de beschermende bepalingen van artikel 5, voerden de lagere rechtbanken aan dat het recht op opzegging van het Duitse recht een bepaling van bijzonder dwingend recht in de zin van artikel 7, lid 2, van het verdrag was.
Being eligible as "mobile" consumers for the consumer protection measures of Article 5, the lower courts argued that the right of withdrawal under German law was conferred by public-order legislation within the meaning of Article 7(2) of the Convention.