3. Met uitzondering van artikel 5, artikel 8, lid 3, onder b), en artikel 15, voor zover deze bepalingen
verwijzen naar een persoon die het ouderlijk gezag heeft, is deze richtlijn, of zijn sommige bepalingen ervan, van toepassin
g op personen zoals bedoeld in leden 1 en 2 van dit artikel, indien de personen in kwestie kinderen waren op het moment dat de procedure tegen hen in gang werd ge
zet, maar nadien de leeftijd van 18 jaar hebben ...[+++]bereikt, en de toepassing van deze richtlijn, of sommige bepalingen ervan, passend is in het licht van alle omstandigheden van de zaak, inclusief de rijpheid en de kwetsbaarheid van de persoon in kwestie.
3. With the exception of Article 5, point (b) of Article 8(3), and Article 15, insofar as those provisions refer to a holder of parental responsibility, this Directive, or certain provisions thereof, applies to persons as referred to in paragraphs 1 and 2 of this Article, where such persons were children when they became subject to the proceedings but have subsequently reached the age of 18, and the application of this Directive, or certain provisions thereof, is appropriate in the light of all the circumstances of the case, including the maturity and vulnerability of the person concerned.