(10) Om te waarborgen dat het ratingproces onafhankelijk blijft van het bedrijfsbelang van het ratingbureau als onderneming, moeten ratingbureaus ervoor zorgen dat het bestuurs- of toezichthoudend orgaan ten minste drie niet bij het dagelijks bestuur betrokken leden bevat die onafhankelijk dienen te zijn in de zin van afdeling III, punt 13, van Aanbeveling 2005/162/EG van de Commissie betreffende de taak van niet bij het dagelijks bestuur betrokken bestuurders of commissarissen van beursgenoteerde ondernemingen en betreffende de comités van de raad van bestuur of van de raad van commissarissen.
(10) In order to ensure the independence of the credit rating process from the business interest of the credit rating agency as a company, the credit rating agencies should ensure that the administrative or supervisory board shall include at least three nonexecutive members, who should be independent along the lines of point 13 in Section III of Commission Recommendation 2005/162/EC on the role of non-executive or supervisory directors of listed companies and on the committees of the (supervisory) board.