Te dien einde houden de rechterlijke instanties van de lidstaat die in de betrokken zaak ten gronde bevoegd is, hun uitspraak onmiddellijk aan en stellen zij een maximumtermijn van een maand vast binnen welke de zaak bij de rechterlijke instanties van de andere lidstaat aanhangig moet worden gemaakt.
To this end, the courts of the Member State having jurisdiction as to the substance of the matter shall without delay stay the proceedings and prescribe a maximum period of one month during which the courts of that other Member State must be seized.