Deze verordening dient niet te beletten dat de lidstaten die partij zijn bij het Verdrag van 19 november 1934 tussen Denemarken, Finland, IJsland, Noorwegen en Zweden, houdende bepalingen van internationaal privaatrecht betreffende erfopvolging, testamenten en beheer van de nalatenschap, specifieke bepalingen van dat verdrag, zoals herzien bij de intergouvernementele overeenkomst tussen de staten die partij zijn bij dat verdrag, kunnen blijven toepassen.
This Regulation should not preclude Member States which are parties to the Convention of 19 November 1934 between Denmark, Finland, Iceland, Norway and Sweden comprising private international law provisions on succession, wills and estate administration from continuing to apply certain provisions of that Convention, as revised by the intergovernmental agreement between the States parties thereto.