Teneinde de bestrijding van corruptie te vergemakkelijken, verbindt iedere lidstaat zich ertoe volgens de procedure van artikel 2 te zorgen voor een doeltreffende justitiële samenwerking inzake strafbare feiten die gebaseerd zijn op de hierna vermelde gedragingen, en erop toe te zien dat deze gedragingen worden gestraft met doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties waaronder, ten minste in ernstige gevallen, vrijheidsstraffen die aanleiding kunnen geven tot uitlevering:
1. To assist the fight against corruption, each Member State shall undertake, in accordance with the procedure laid down in Article 2, to offer effective judicial cooperation in connection with offences based on the following conduct and to ensure that such conduct is punishable by effective, proportionate and dissuasive criminal penalties and, at least in serious cases, by penalties involving deprivation of liberty which can give rise to extradition: