(9) De lidstaten hebben in Gemeenschappelijk Optreden 98/699/JBZ van 3 december 1998 van de Raad inzake het witwassen van geld, de identificatie, opsporing, blokkering of inbeslagneming en verbeurdverklaring van hulpmiddelen en van de opbrengsten van misdrijven(6) toegezegd alle ernstige strafbare feiten als omschreven in het gemeenschappelijk optreden voor de strafbaarstelling van witwassen als basisdelicten te beschouwen.
(9) In Joint Action 98/699/JHA of 3 December 1998 adopted by the Council on money laundering, the identification, tracing, freezing, seizing and confiscation of instrumentalities and the proceeds from crime(6), the Member States agreed to make all serious offences, as defined in the Joint Action, predicate offences for the purpose of the criminalisation of money laundering.