Overwegende dat, ten einde een zo groot mogelijk aantal kredietinst
ellingen op gelijke voet te kunnen behandelen, zoals in Richtlijn 77/780/EEG is geschied, hier niet de in Richtlijn 78/660/EEG opgenomen versoepelingen zijn overgenomen ten behoeve van kleine en middelgrote kredietinstellingen; dat, mocht de ervaring uitwijzen dat daaraan wel behoefte bestaat, dergelijke versoepeli
ngen bij een latere cooerdinatie alsnog kunnen worden opgenomen; dat om dezelfde redenen, de aan de Lid-Staten in Richtlijn 83/349/EEG geboden mogelijkheid
...[+++] om moederondernemingen te ontheffen van de consolidatieverplichting indien het geheel van ondernemingen dat in de consolidatie moet worden opgenomen een bepaalde omvang niet overschrijdt, hier voor de kredietinstellingen niet is overgenomen; Whereas, in the desire to place on the same footing as many credit institutions as possible, as was the case with Directive 77/780/EEC, the relief under Directive 78/660/EEC is not provided for in the case of small and medium-sized credit institutions; whereas, nevertheless, if in the light of experience such relief were to prove necessary it would be possible to provide f
or it in subsequent coordination; whereas for the same reasons the scope allowed the Member States under Directive 83/349/EEC to exempt parent undertakings from the consolidation requirement if the undertakings to be consolidated do not together exceed a certain size
...[+++]has not been extended to credit institutions;