Er is niets onredelijks aan, als we een situatie k
rijgen van 25 of 26 keer “ja” en één “nee”, om die ene “nee” te vragen of het bereid is na
te denken over het zoeken naar een nieuwe oplossi
ng die voor alle 27 acceptabel is, waarbij
naar hun zorgen wordt geluisterd en er iets aan wordt gedaan – misschien door hen gerust te stellen, misschien door bepaalde punten te verhelderen, misschien zelfs door het pakket enigszins aan te passe
...[+++]n (hoewel bij voorkeur niet de tekst van het Verdrag).
There is nothing unreasonable, if we obtain a situation of having 25 or 26 ‘yeses’ and one ‘no’, to ask the one ‘no’ whether it would be willing to consider finding a new solution, acceptable to all 27, that involves listening to their concerns and responding to them – maybe reassuring them, maybe clarifying certain points, maybe even making some adjustments to the package (though preferably not to the text of the Treaty).